Veerkracht nader beschouwd| Nut en noodzaak van methodische professionaliteit| Preventie seksueel kindermisbruik| Professionele autonomie| Interview met Sharon Stellaard| Mbo’ers in het sociaal werk
Misschien heeft u het in de gaten gehad. Anders dan gebruikelijk was het vorige nummer een themanummer. We breiden dit jaar het aantal themanummers uit van twee naar drie. Een belangrijk argument daarvoor is dat juist in een tijd van razendsnelle informatie-uitwisseling en nieuwsgaring, een vakblad zich onderscheidt door diepgang en inhoudelijke vertraging. Dat biedt bij uitstek de mogelijkheid om eens nadrukkelijk bij een thema stil te staan en voorbij de waan van de dag te komen, door een onderwerp vanuit verschillende perspectieven te belichten.
De laatste tijd lees ik regelmatig over het verband tussen een toename van zelfstandig sociaal werkers (zzp'ers) en het vertrek van sociaal werkers uit loondienst. Publicaties over de leegloop, van onder andere Movisie, benadrukken vooral externe oorzaken van dat laatste: hoge werkdruk, bureaucratie, aanbestedingen.
Soms verlang ik nog wel eens terug naar de stelligheid waarmee ik, aan het begin van mijn carrière, dacht te snappen hoe het allemaal zit in het sociaal werk.
Er is één meisje dat ik nooit zal vergeten. Mijn herinnering aan haar blijft altijd een beetje schuren. Ik maakte kennis met haar na lang aandringen van haar moeder, die uitbehandeld was bij de ggz. 'Mijn dochter heeft helemaal geen therapie nodig, maar gewoon een luisterend oor' was haar smeekbede, waar ik uiteindelijk voor zwichtte. Mijn indruk was dat niet alleen moeder, maar het hele gezin inmiddels uitbehandeld was, ondanks alle goed bedoelde ingezette zware jeugdzorg. Ga er maar aanstaan: broertje autistisch, vader die bezig was een vrouw te worden, ouders verwikkeld in een oeverloze vechtscheiding.
Kinderen ontwikkelen zich het best in een stimulerende en veilige pedagogische omgeving. Ouders kunnen daarbij vaak wel wat hulp gebruiken: van elkaar en, indien nodig, van hulpverleners. Toch vinden die elkaar niet altijd vanzelf. Els Bos-De Groot onderzocht hoe ouders en professionals in de wijk nader tot elkaar te brengen zijn.
Veel sociale professionals hebben in hun werk te maken met mensen die ziek zijn of een handicap hebben. Als deze mensen invloed willen uitoefenen op beleid en organisatie van zorg en welzijn en hun stem willen laten horen, is het van belang dat sociale professionals hen kunnen doorverwijzen naar lokale belangenorganisaties, gehandicaptenplatforms of andere burgerinitiatieven die dat mogelijk maken. Welke mogelijkheden hebben sociaal werkers hierbij?
Eén op elke vijf sociaal werkers heeft een mbo-opleiding. En iedereen die met mbo-professionals werkt, weet dat ze een waardevolle toevoeging kunnen zijn aan een organisatie. Toch worden mbo-opgeleide professionals vaak met reserve benaderd. Daar moet hoognodig verandering in komen, vindt Sander Borsboom.
'Sinds anderhalf jaar werk ik voor Stichting Dock als sociaal makelaar jeugd in Utrecht. Wekelijks organiseer ik een open activiteit in een nieuwe wijk, waar de voorzieningen voor kinderen verder ontbreken. Bij gebrek aan een eigen ruimte zitten we tijdelijk in een school. Van daaruit probeer ik de sociale cohesie in de wijk op gang te brengen. Ik heb een Kinderraad opgezet en onderhoud contacten met alle scholen in de wijk.
Geef sociaal werkers een gereedschapskist met degelijk gereedschap, en train hen om daarmee te werken, zegt Herman de Mönnink. Zo bevorder je beroepstrots en geef je het sociaal werk een duidelijk plek in de keten. Drie sociaal werkers reageren: hoe werkbaar is deze oplossing?
Darya, sociaal werker in de westelijke Oekraïense regio Kamyanets-Podilskyi, wordt op een dag als ze op haar werk aankomt, omhelsd door collega's die weten dat haar man aan het front moet vechten. Bijna alle sociaal werkers hebben een zoon, echtgenoot, broer of vader in de frontlinie. Darya heeft die ochtend een telefoontje gekregen van haar man, die vertelde dat zijn peloton omsingeld was door het Russische leger. Darya besteedt er op het werk weinig woorden aan, maar het is niet ondenkbaar dat dit een definitief afscheid was voor haar en haar kinderen.
Seksueel kindermisbruik is een ernstig maatschappelijk probleem. Sociaal werkers kunnen van grote betekenis zijn bij het voorkomen ervan en bij de hulp aan slachtoffers, plegers en naasten. 'Jouw reactie is van invloed op de vraag of de betreffende persoon wel of niet hulp gaat zoeken.'
Sociaal werkers worden geacht zich te houden aan wettelijke, beleids- en professionele normen. Filosoof en jurist Anne Ruth Mackor gaat in op de vraag hoe dat zich verhoudt tot hun professionele autonomie - het leveren van maatwerk en de inzet van het eigen morele kompas - die óók kenmerkend is voor sociaal professionals.
Op 8 maart dit jaar promoveerde voormalig jeugdzorgwerker Sharon Stellaard aan de Vrije Universiteit in Amsterdam op Boemerangbeleid, haar proefschrift over de aanhoudende tragiek in het passend onderwijs- en jeugdbeleid. VSW-redacteur Tineke de Waard interviewde Stellaard. 'Het gaat erom dat werkers zich bewust zijn van het beleidsfalen en in beweging komen.'
Sociaal Werk is een mensenrechtenberoep. Al vóórdat de rechten van de mens werden gegrondvest in internationale verdragen, stonden sociaal werkers voorop in de strijd voor politieke- en burgerrechten.
De zweem van louter optimisme die vaak om het begrip 'veerkracht' heen hangt is niet terecht, vinden Mariël van Pelt en Maja Rocˇak. Mits benaderd vanuit een collectief en kritisch perspectief kan veerkracht niettemin veel betekenen voor het sociaal werk.
Onlangs mocht ik bij het Joods Maatschappelijk Werk iets vertellen bij de presentatie van een nieuwe e-learning die sociaal werkers helpt bij het tijdig herkennen van psychosociale problematiek bij tweede generatie oorlogsslachtoffers. Ofwel: de kinderen van Joodse overlevenden van de concentratiekampen. Zij kunnen te maken hebben met intergenerationele kwesties, waaronder schuld- en angstgevoelens, perfectionisme en parentificatie.
Als orkaan Irma over Sint Maarten raast, helpt sociaal werker Veerle Meijer (31) niet lang erna bij het herstelproject van het Rode Kruis op het Caribische eiland. Ze werkte ook op Aruba en Bonaire, maar is nu weer terug in Nederland. Meijer zou graag zien dat meer collega’s bij grote rampen worden ingezet. ‘Onze visie en werkwijze zijn nodig in de humanitaire hulp.’
Hieronder kun je Vakblad Sociaal Werk nr.3-2023 lezen als een doorbladerbare pdf. Wil je de online artikelen liever als losse artikelen lezen dan kan dat natuurlijk ook. Om onderstaande pdf te kunnen bekijken, moet je ingelogd zijn.