Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Complimenten voor sociaal werkers

Er is de laatste tijd veel aandacht voor de toenemende tekorten aan sociaal werkers. In de jeugdzorg verlaat jaarlijks meer dan twintig procent de sector, in de gehandicaptenzorg en de ggz zijn veel onvervulde vacatures en in de wijkteams loopt dat aantal ook steeds verder op. Een Utrechts onderzoek laat zien dat meer waardering van burgers voor het werk van onze professionals effect kan hebben op het behoud van professionals voor de sector.
Historisch centrum sociaal werk
Jan Willem Bruins

Naast de al vertrokken sociaal werkers, blijken aardig wat professionals te overwegen binnen enkele jaren te stoppen met hun werk, zo wijst onderzoek van Movisie uit. Over de oorzaken om een baan in het sociaal werk te beëindigen, is genoeg bekend: te hoge werkdruk, te weinig professionele autonomie, te veel bureaucratie en zware casuïstiek. Zo bleek uit een onderzoek van BPSW en RTL dat sociaal werkers in alle beroepsvarianten regelmatig met agressie te maken hebben. Die negatieve bejegening van sociaal werkers levert uiteraard stress en afname van arbeidsvreugde op.

Reclame
Het is heel interessant dat er nu onderzoek is gedaan naar de effecten van positieve reacties van burgers en cliënten op het werk van sociaal werkers. Veel van wat sociaal werkers doen, speelt zich af achter de schermen. Dat heeft vaak te maken met privacy. Sociaal werkers maken bovendien niet zo snel reclame voor zichzelf. Maar als zij iets meer laten zien van hun werk door bijvoorbeeld dilemma’s, onzekerheden of kwetsbaarheden te delen, blijkt dat burgers en cliënten veel vaker met complimenten en empathie op hen reageren. Dat laat een onderzoek van de Universiteit Utrecht zien. Voorbeelden van reacties van burgers:

  • ‘Dankzij de hulp van een sociaal werker heb ik nu een goed leven, ik zal er altijd dankbaar voor zijn. Wat je voor me deed is geweldig.’
  • ‘Ik slik al 25 jaar antidepressiva, maar zou al die jaren nooit hebben overleefd als er niet zulke geweldige sociaal werkers voor mij waren.’
  • ‘Het bureaucratische en politieke klimaat stelt sociaal werkers in de jeugdzorg voor grote uitdagingen om kinderen te helpen. Maar jullie werk is hard nodig en de kinderen hebben jullie steun en begeleiding nodig.’

Dilemma’s
Interessant aan het onderzoek is ook dat sociaal werkers geen succesverhalen hoe-ven te delen om meer waardering voor hun werk te krijgen. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het grote aantal positieve reacties op social media als professionals open zijn over hun dilemma’s of reflecteren op wat ze misschien beter hadden kunnen doen. Neem bijvoorbeeld de (door mij heel graag gelezen) blogs van jeugdzorg-professional en crisisspecialist Jan Pieter Meijer op LinkedIn. Regelmatig geeft hij inzage in de dilemma’s waarmee hij
worstelt en de soms moeilijke afwegingen die hij moet maken. Of het indrukwekkende tweegesprek in de Volkskrant tussen psycholoog Susan Terweij en cliënt Nienke. De psycholoog maakte excuses voor de gang van zaken in de gesloten jeugdzorg. Er volgden meer dan duizend positieve reacties. De uitkomsten van dit onderzoek laten zien dat meer waardering van burgers voor het werk van onze professionals ook effect kan hebben op het behoud van professionals voor de sector. Zodat er voldoende professionals blijven om dit betekenisvolle werk te doen!

Note
1. Szydlowski, G. e.a. (2022). ‘Compassion, Bureaucrat Bashing and Public Administration’. Public Administration Review

Door Jan Willem Bruins, directeur BPSW

De rol van sociaal werkers bij verlies en rouw

Mensen die rouwen, willen begrepen en erkend worden in de gevoelens die zij ervaren, aldus Luuc Smit. Een oprecht aanwezige en empathisch luisterende sociaal werker kan daarbij van grote betekenis zijn.

Luuc Smit

‘In de huidige westerse samenleving lijkt de dood uit onze huiskamers verdwenen,’ aldus Manu Keirse. Deze rouwspecialist stelt in zijn boek Helpen bij verlies en rouw dat er in ons dagelijkse leven steeds minder plaats is voor thema’s als verlies en dood. Mensen zijn volgens hem op zoek zijn naar nieuwe rituelen en manieren om te kunnen rouwen.
Hoe ga je ermee om als je hart gebroken is omdat je een dierbare bent verloren? Hoe ga je om met wanhoop, diep verdriet en pijn? In de eerste plaats is het belangrijk dat nabestaanden met hun emoties kunnen landen binnen de eigen kring, schrijft Fiddelaers-Jaspers (2014) naar aanleiding van de ramp met de MH17. Rouwenden zijn volgens haar meestal niet op zoek naar deskundige hulpverleners. Dat zij liever niet leunen op het professionele circuit is begrijpelijk. In de professionele sfeer worden immers al snel trajecten en therapieën op hen ‘losgelaten’. De DSM-5 (APA, 2014) bevat zelfs criteria met betrekking tot rouw. Dat betekent dat rouw binnen onze westerse maatschappij wordt gezien als een psychische stoornis. Iedereen die rouw heeft meegemaakt, weet echter dat het ‘gewoon’ bij het leven hoort en geen ziekte of stoornis is.

Rouwfasen
Er bestaat een groot aantal modellen over rouw, die vanuit verschillende theorieën zijn beschreven. Freud lanceerde in 1917 als eerste ideeën over pathologische rouw (Freud,1957). Bowlby ontwikkelde de attachment-theorie waarbij verlies met pijnlijke onthechting gepaard gaat (Bowlby & Stephen,1973). Kubler-Ross (1973) bedacht de rouwfasetheorie. Die onderscheidt opeenvolgende stadia van iemand die treurt om het verlies van een geliefde. Het model van Kubler-Ross wekt de suggestie dat wanneer de fase van acceptatie is bereikt, het verlies verwerkt en aanvaard is. Alle genoemde modellen gaan uit van het idee dat rouwen in een bepaalde volgorde verloopt. De aanname dat verlies verwerkt wordt en dus overgaat, heeft lange tijd de hulpverlening bepaald (Maes & Modderman, 2017). Recent onderzoek geeft echter een nieuwe dimensie aan het begrip ‘rouw’. Rouwen wordt als een zeer persoonsafhankelijk proces beschreven waarbij individueel grote verschillen bestaan (Chow, 2019). Elk individu rouwt op zijn/haar
eigen, unieke wijze. Wel zijn vrouwen vaak meer verlies- en mannen meer herstelgericht (Meij et al.,2008). Het moeilijkste bij rouw is misschien wel als men bezig is het verlies onder ogen te zien, terwijl het dagelijks leven verdergaat (Schut,1999).

Betrokken buitenstaander
Als sociaal werker hoeven we bij verwerking van verlies geen oplossingen aan te dragen en ook geen mooie helpende woorden te gebruiken. Die zijn er namelijk niet. We hoeven niets te zeggen, maar kunnen ons beter afvragen wat die ander ons zou willen vertellen. Hiervoor openstaan is een prachtig begin. Juist sociaal werkers kunnen in rouwsituaties van groot belang zijn. Geen therapiesessie, maar gewoon luisteren. Mensen in rouw hebben, zoals Keirse het zegt, niet direct therapeutische hulp nodig, maar een betrokken buitenstaander. Dat kan heel goed een deskundige sociaal werker zijn. Het verdient aanbeveling om je als professional extra te verdiepen in de thema’s verlies en rouw. Mensen die een (hevig) verlies ervaren, zijn nog steeds de mensen die ze waren, maar hun wereld is veranderd door het verlies.

Ruimte
Luisteren kunnen we op verschillende niveaus, maar empathisch luisteren is een kunst en kunde. Wie empathisch luistert, wil de gemoedstoestand van de cliënt echt begrijpen. Dat wil zeggen: luisteren om de ander gevoelsmatig te verstaan (Smit, 2020). Ofwel mens zijn met de ander. Met empathisch luisteren doel ik niet op de traditionele vaardigheden die we in opleidingen leren, zoals de methode van actief of reflectief luisteren. Met het empathisch luisteren dat ik bedoel, staat niet alleen de inhoud van de boodschap voorop, maar vooral dat waarin de luisteraar geraakt wordt. Die laat zijn/haar gevoel spreken naar die ander, zonder vermenging met de eigen problematiek. Wanneer we in staat zijn iemand echt te begrijpen en durven doorvragen naar de pijn, het verdriet en het gemis – waarbij we ook onze gevoelens tonen – ervaart die ander ruimte. Ruimte om er te mogen zijn helemaal zoals hij zich voelt, met al zijn emoties. Hoe meer onze cliënt het vertrouwen heeft in onze oprechte intentie, des te groter de kans op een echte ontmoeting waarin verbondenheid ervaren wordt. Kortom: mensen die rouwen, willen begrepen en erkend worden in de gevoelens die zij ervaren. De begeleiding die wij als sociaal werker kunnen geven, hangt in grote mate af van hoe de ander ons ervaart. Onze echte, oprechte aanwezigheid geeft de cliënt vertrouwen. Zo komen we tot een andere vorm van begeleiden bij rouw en verlies en maken we samen een verbindende wereld. De kracht van sociaal werk! •

Bronnen

  • Bowlby, J. & Stephen, A(1973). Seperation: Anxiety And Anger. New York, United State of America: Basic Books.
  • Chow, A. Y. (2019). The Dual Process Model and Resilience. In Promoting Resilience (pp. 185-190). Routledge.
  • Fiddelaers- Jaspers, R. (2014). Rouw is liefde die zijn adres is kwijtgeraakt. de Volkskrant, 28 juli
  • Freud, S. (1957). Mourning and melancholia. In: The Standard Edition of the Comple-te Psychological Works of Sigmund Freud, Volume XIV (1914-1916): On the History of the Psycho-Analytic Movement, Papers on Metapsychology and Other Works  (pp.237-258).
  • Keirse, M. (2017). Helpen bij verlies en verdriet: een gids voor het gezin en de hulpverlener. Lannoo Meulenhoff-Belgium.
  • Kübler-Ross, E. (1973). On death and dying. Routledge
  • Maes, J., & Modderman, H. (2017). Hand-boek Rouw Rouwbegeleiding Rouwthera-pie. Culemborg, België. Witsand
  • Schut, M. S. H. (1999). The dual process model of coping with bereavement: Rationale and description. Death studies, 23(3), 197-224
  • Smit, L.H. (2020). Trauma en veerkracht: Hulpverlenen bij schokkende gebeurtenissen. Amsterdam, SWP

Door Luuc Smit, hogeschooldocent Psychotrauma en verlies aan de HZ University of Applied Sciences en hulpverlener bij het Zeeuw Kollektief voor Haptonomie.